Het kan geen kwaad om eens op je hoofd te vallen. Als je dit maar niet te letterlijk gaat nemen.
Bewustwording verloopt schoksgewijs, met vallen en opstaan. Reculer pour mieux sauter is wat ik voel na de onzalige koprol.
Zondag kwam ik ten val met de fiets aan een gelukkig niet al te hoge snelheid, eigenlijk zoals het een ervaren zondagsrijder betaamt. Of liever: een voorbijrijder ging onderuit en ik kon hem niet ontwijken. Wat zich nadien, de hele verdere namiddag, heeft afgespeeld, is een rustige processie van bekwame en vriendelijke aandacht. Ik kijk er met dankbaarheid op terug.
Een burn-out is ook zo’n val, en soms een valkuil, als het over iets anders gaat. Veelal is het een manier om de aandacht (lees: erkenning, waardering etc.) te krijgen die je van bij het begin al moest ontberen. Burn-out is geen losstaand fenomeen. Het heeft met trauma te maken. Dit zegt iets over de aanpak, die sowieso gefaseerd moet verlopen.
En dat er structuur wordt ingebracht, is de evidentie zelf. De ideale structuur is echter impliciet, en niet opzichtig, niet eenzijdig opgelegd ter promotie van het eigen kunnen. De andere bepaalt de voortgang – het is zijn/haar vrijheid. Elke mens rijdt aan een verschillende snelheid …
Vasthouden aan (zelfgemaakte) structuur kan een manier zijn, of misschien een excuus, om niet empathisch te hoeven verbinden, een vlucht weg van de eigen pijn. In het achterliggende bipolaire denken wordt de intuïtie beoordeeld als minderwaardig. Dit is niet alleen een kapitale vergissing, het is ook een existentiële miskleun. Neerbuigend doen speelt zich meestal af onder de radar, en gaat terug op eigen diep trauma.